DELTABEAM® Frame hoofddraagconstructie in Staal-Beton – Op de bouwplaats

De DELTABEAM® Frame componenten worden volgens het overeengekomen leverschema op de bouwplaats geleverd. Waarmee moet rekening worden gehouden voor wat betreft het opslaan, hijsen, verplaatsen en installeren van de geleverde onderdelen?

Tijdelijk opslaan van DELTABEAM® Frame onderdelen

De onderdelen zijn voorzien van stikkers waarop identificatiecodes volgens de tekeningen zijn aangegeven. Balken, kolommen en andere staalonderdelen kunnen stabiel worden opgeslagen en gestapeld, maar vergeet niet om de draagkracht en het niveau van het oppervlak te controleren. Onder en tussen de staalonderdelen moet stophout worden gebruikt om de oppervlaktebehandeling te beschermen tegen beschadigingen. Stophout moet vrij zijn van vet of andere stoffen die de oppervlaktebehandeling kunnen aantasten of beschadigen. Voor langdurige opslag moeten stalen constructies geventileerd worden afgedekt.

Hijssen en verplaatsen van de DELTABEAM® Frame onderdelen

DELTABEAM® Frame-onderdelen kunnen worden gehesen en verplaatst met behulp van gewoon hijsmaterieel, zoals kranen of vorkheftrucks. Het gewicht van elk element wordt weergegeven op de productsticker dat is aangebracht op elk element of is weergegeven op de productietekeningen. Binnen de EU hebben alle elementen een CE-markering.

Voor het hijssen van de DELTABEAM®liggers zijn dubbele hijsgaten in de toppplaat van de liggers voorzien. De gaten zijn symmetrisch geplaatst ten opzichte van het zwaartepunt van de ligger. De algemene hijsvoorschriften moeten worden gerespecteerd zo ook de maximaal toegestane hijshoek van de kettingen.

In speciale gevallen, wanneer er geen hijsgaten zijn voorzien, kan een DELTABEAM® liggger worden gehesen met kettingen bevestigd door de gaten van de lijfplaten.  Soms is een derde ketting nodig om het evenwicht te behouden. Bijvoorbeeld, DELTABEAM® met brede ingebouwde bekisting moet worden gehesen met behulp van de hijsopeningen en er moet een derde ketting worden gemonteerd aan de bekisting.

Kolommen worden gehesen met behulp van een hijshaak die aan de bovenkant van de kolom wordt bevestigd.

Het monteren van DELTABEAM® Frame-onderdelen

De onderdelen van een DELTABEAM® Frame worden gemonteerd volgens de montagetekeningen, het montageplan, het stempelplan en de details van het project.

Het montagevoorschrift van het project moet ten alle tijden worden gevolgd. Elk DELTABEAM® Frame-onderdeel is voorzien van een identificatiecode die ook zijn aangegeven op de tekeningen. De liggers worden gemonteerd op een manier waarbij de identificatiecode op de toppplaat van DELTABEAM® goed leesbaar is (dus niet op zijn kop staat) en in dezelfde richting leesbaar is als aangegeven op de tekeningen met de plattegronden. De positie van het gat in de kolom, geschikt voor de aansluiting van de slang voor het betonpompen van onderaf, wordt gebruikt als oriëntatiepunt voor ATLANT® kolommen. De plaats van dit gat is ook weergegeven op de tekeningen.

De onderdelen van DELTABEAM® Frame zijn tijdens de montage niet voldoende aan elkaar verbonden om de vloerelementen effectief te stabiliseren. Daarom moeten DELTABEAM®-liggers altijd aan de onderconstructie vastgezet worden voordat de vloerelementen worden gemonteerd, om te voorkomen dat gevaarlijke situaties onstaan en liggers van het steunpunt afschuiven. Minimale of geen stempels zijn nodig, indien de koppeling van de DELTABEAM®s op de ondersteunende structuur voldoende sterk is ontworpen, zodat de excentrische belastingen die optreden tijdens het leggen van de vloeren, opgevangen kunnen worden. Deze koppeling kan door Peikko worden ontworpen. Raadpleeg altijd de montage-instructies voordat de vloerelementen worden geplaatst.

Monteren van vloerelemenen

De koppelingen om de DELTABEAM®'s veilig te monteren moeten goed worden  aangedraaid en vastgezet of eventueel vastgelast, voordat de vloerelementen mogen worden gelegd. Om het kantelen van de ligger zoveel mogelijk te minimaliseren, moeten de vloerelementen afwisselend aan verschillende zijden van de ligger worden gemonteerd. Nadat de vloerelementen zijn geplaatst kunnen de benodigde randbekisting en koppelwapening worden aangebracht.

Vloerelementen moeten rechtstreeks op de onderflens worden gemonteerd zonder het toepassen van oplegband. De dwarswapening moet altijd volgens tekening door de webgaten of door de extra voorziene gaten in de lijfplaten van de DELTABEAM® aangebracht worden.

Vullen van de DELTABEAM®

DELTABEAM®'s worden gelijktijdig met de voegen tussen kanaalplaten gevuld met beton en moeten in één stortfase volledig worden gevuld om de eigenschappen van de staal-betonligger te waarborgen.

Vullen van de Atlant®staal-betonkolommen

De kolommen worden van onderuit door het speciaal hiervoor ontworpen gat en speciale connector volgepompt met beton. Vullen vanaf de onderkant zorgt voor een goede verdichting en geen ontmenging van de beton. Het is een veiligere  en technisch gezien  betere methode dan het vullen van bovenaf. Tevens is het vullen op kniehoogte veel sneller en is geen hoogwerker nodig om de slang aan te sluiten. Derhalve is dit een zeer kostenefficiënte methode. De kolom moet in één keer worden gevuld.

Video’ s van het montageproces van het DELTABEAM® Frame

Contact

Martin Smit

Martin Smit

Technisch-commercieel adviseur Nederland

Tel. +31 (0)26 384 38 66
Mob. +31 (0)6 82 29 23 10
[email protected]

Philippe Beckers

Philippe Beckers

Technisch-commercieel adviseur België

Tel. +31 (0)26 384 38 66
Mob. +31 (0)6 10 48 93 92
[email protected]